We zijn op visite wanneer ik een gemiste oproep van oudste zie. Wanneer ik hem terug bel hoor
ik dat hij “echt” ziek is. Hij klaagt de
hele week al over een zere kaak. Nadat ik met een zaklantaarntje in zijn mond
had gekeken vermoedde ik dat er een verstandskies door kwam. Na een futloze
week met zeurende hoofdpijn wil het niet meer lukken. De pijn wordt heviger en
we zien geen puntje doorbreken. Hij is vaste klant bij de KNO- en Longarts waardoor
het me beter lijkt om geen risico te nemen.
Ik bel de CHD en doe mijn verhaal. Zo’n twee uur later zitten wij in de
wachtruimte waar iedereen elkaar doodstil van top tot teen zit te bekijken. Ineens
vliegt de deur open en komen er twee
jochies van een jaar of 12, 13 binnen stormen. De oudste van de twee ondersteunt
zijn arm met zijn hand waar we een wond zien. Het bloed
gutst eruit en druppelt op de grond. Het vriendje verdwijnt net zo snel als hij
kwam. Vanuit de assistentenpost komt de Huisarts-chauffeur een kijkje nemen.
Hij vraagt wat er is gebeurt en met wie hij is gekomen. Ik ben alleen, mijn
ouders zijn niet thuis. Bedremmeld
verteld hij dat ze met de bal aan het spelen waren toen hij in glas terecht
kwam. Ga daar maar zitten zegt hij tegen het jochie ik kom zo bij je. Ik kan het bloeden niet aanzien en haal een
stapel handdoekjes uit de wc om het bloed te stelpen en zijn bloedspoor uit te
wissen.De Huisarts-chauffeur komt terug met doekjes en een opschrijfboekje om naam, adres, geboortedatum en huisarts te noteren voordat hij weer terug gaat naar zijn post. Het is één bloedbende. Het jochie schokt en beeft als een rietje. Hij begint te zweten en ineens valt zijn hoofd naar voren. Het lijkt er op dat hij gaat flauw vallen zegt een mede wachtende. Ik haal gauw een stapel handdoekjes en maak ze kletsnat en leg ze in zijn nek. Ik ga naast hem zitten en leg mijn hand op zijn rug. Het trillen stopt, ik voel het warme lijfje ontspannen. Waar zijn je ouders, kan ik ze voor je bellen. Mijn moeder werkt en kan niet gebeld worden, mijn vader is naar Zwolle maar ik weet zijn telefoon nummer niet uit het hoofd. Volgende patiënt wordt er geroepen. De “hoofdpijn” patiënt zegt dat het jochie maar voor moet gaan. Ik loop een stukje met hem mee, de Huisarts-chauffeur komt weer te voorschijn en neemt hem van mij over. Ik sta mijn handen nog te wassen als oudste wordt binnen geroepen. Ik ben verbaasd. Geen assistente kijkt naar hem om. Er wordt niet gevraagd of hij pijn heeft of hoe hij zich voelt of waar zijn ouders te bereiken zijn. Bij de CHD geen Florence Nightingale’s. Deze middag zal hij wel niet snel vergeten. Wel slim van hem om naar de CHD te fietsen.
De hele situatie blijft mij verbazen, eigenlijk ben ik nieuwsgierig naar de afloop.
Later M@rina!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten