vrijdag 10 oktober 2014

Even is ze heel gelukkig

Afgelopen week ging ik samen met mijn moeder op visite bij haar zusje 20 km verderop. Een zusje van ruim 60 die altijd zorg nodig heeft. Ze woont in een woongroep in een Zwolse woonwijk. Met om de hoek een dierenweide en een speeltuin met schommels speciaal voor volwassenen.Stevige schommels waar ze met hun ongecontroleerde lichamen op heen en weer wiegen. Soms heel stil, soms zacht neuriĆ«nd, soms met heel veel kabaal. Ik ben te lang niet bij haar op visite geweest. Tuurlijk stuur ik af en toe een kaartje. Geen idee of het kaartje bij haar terecht komt en of ze weet wie het gestuurd heeft. Willy, zo heet ze. Ze wil graag dat we haar Willeke noemen. Bij het woord “Willeke”  straalt ze. “Willeke” maakt haar heel even gelukkig. Niet voor lang. Want wat haar bezig houd is of ze wel in de Hemel komt en of we wel van haar houden.

Bravo voor de postbodes in de jaren "70
Jaren geleden, Tante Willy werd nog Willy genoemd en woonde nog thuis bij Opa en Oma, mocht ik in vakantie’s af en toe een dagje mee naar de dagopvang. ’s Morgens stapte ik samen met haar in het busje. Fantastische vond ik dat. Later ging ze wonen in een “gezinsvervangend tehuis”. Op zondagmiddag ging ik mee op bezoek naar Ermelo, Deventer, Assen, Zwolle ze is heel wat keren verhuist. Ze stuurde mij ansichtkaarten met pastel kleurige kindertekeningen die ze intern van haar zakgeld kocht. Op de kaart stond links onder schuin geschreven, altijd op dezelfde plek; Afz Tante Willeke. De E eindigde steevast in een krul.

Samen met de leidster doet ze de deur open. We begroeten elkaar met 3 dikke kussen en geven haar honderdduizend complimenten dat ze er zo fleurig uitziet. Ze fladdert van blijdschap met haar armen en handen. We gaan naar een huiskamer waar ze visite mag ontvangen. De leidster vraagt of wij ons zelf willen redden met de koffie, trek de kastjes maar open, wij hebben vergadering. Ik ga op zoek naar een filterzakje en koffie. Waarom krijg ik nou zo’n brok in mijn keel. Ik slik en ik slik. Te lang heb ik haar niet gezien. Ze schuifelt heen en weer en ploft hard neer op een stoel, luid roept ze; je houdt toch wel van mij, ik kom toch wel in de Hemel. Het is haar grootste twijfel en enige zorg. De koffie pruttelt. Ondertussen mag ik haar slaapkamer zien. Op het prikbord hangt een foto van haar en Jan Smit. We drinken koffie en proberen herinneringen op te halen. Ik loop met haar mee naar de wc, net iets te laat gegaan. Wanneer ik haar help met aankleden pakt ze mijn gezicht stevig vast tussen haar twee handen. Wat gaat er gebeuren. Het kan met Tante Willeke twee kanten op gaan. Ik hou van jou, zeker weten, roept ze! Een enorme dikke pakkerd volgt. Kom je nog eens weer. Hard beent ze weg. Zeker weten tante Willeke, ik hou ook van jou. Even is ze heel gelukkig.
Later M@rina!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten